top of page
  • Foto van schrijverInge Dubois

Dan toch! Israël en Palestina. Met Jeroen.

zaterdag 19 februari 2022


Om half zes zijn we thuis vertrokken want om 7u hebben we afgesproken op onze parkeerplaats om met een shuttle naar de luchthaven gebracht te worden. Deze keer helaas geen Fé mee met ons op reis. Zij is nog op UWC avontuur in Costa Rica. Ik ben wel blij dat ik haar vandaag -terug- gehoord heb want ze was een week “offline” door vrijwilligerswerk op een cacao boerderij bij “indigenous people”. Mijn intuïtie gaf aan dat ze het goed stelde en dat bleek gelukkig ook zo geweest te zijn. Alfie hebben we gisteren, voor het eerst, naar een hondenpension gebracht, benieuwd hoe hij het er vanaf zal brengen. We laten het los. Ze zullen zonder twijfel goed voor hem zorgen.

Onze vlucht staat gepland om 9u10, alles verloopt vlekkeloos. Om de goede 4u vluchttijd te overbruggen hebben we de Netflix reeks die we thuis al gestart waren gedownloaded. Het gaat, niet toevallig, over een Israëlische spion van de Mossad, in de jaren zestig van vorige eeuw.


Eenmaal aangekomen in de luchthaven van Ben Gurion waren we voorbereid op een mogelijke ondervraging. Om op de vragen rond de reden van ons verblijf te kunnen antwoorden en vooral ook om de lastige vragen omtrent ons verblijf in Libanon twee jaar geleden te kunnen counteren, hadden we van Jeroen een brief gekregen op officieel papier van het consulaat waarin staat dat we op uitnodiging van hem in Israël zijn. Helaas of gelukkig, afhankelijk hoe je het bekijkt, was niemand bereid om ons die lastige vragen te stellen en mochten we probleemloos door alle controles. Voor we de luchthaven mogen verlaten moeten we wel nog even een PCR-test voor covid ondergaan. Een beetje dubbel op want gisteren hebben we al een verplichte antigeentest moeten laten uitvoeren als één van de inreisvoorwaarden. Het testcentrum ligt op de luchthaven en het gaat er allemaal heel vlot aan toe: met een stokje in de mond en twee keer ondiep in de neus (toch anders dan bij ons) en het was geklonken. Officieel moeten we nu 24u in quarantaine op een door ons gekozen locatie. Voor ons wordt dit het appartement van Jeroen in West-Jeruzalem.

Jeroen staat ons op te wachten aan de uitgang van de luchthaven, wat een blij weerzien! Zo zot ook wat er tussen onze vorige ontmoeting en deze allemaal gebeurd is: Fé is vertrokken naar Costa Rica (en is ondertussen al bijna terug!), covid heeft de wereld lam gelegd (maar daar lijken we nu wel het ergste van gehad te hebben), Jeroen heeft de grote ontploffing in Beirut overleefd (thank god!) en hij is naar Jeruzalem verhuisd.


Het is zo’n 40 minuten rijden van de luchthaven naar Jeruzalem, naar Tel Aviv zou het 25 minuten rijden zijn. Jeroen zijn appartement ligt in West-Jeruzalem = het Joods/Israëlische deel van de stad. Hier kan ik al beginnen met het geven van wat uitleg. Iets wat ik als rode draad door dit verslag ook regelmatig zal moeten doen gezien de extreme complexiteit. Jeroen heeft dit verslag nagelezen op “fouten”. Ik heb met mijn eigen woorden, vanuit mijn eigen vragen en ervaringen, geprobeerd om de zaken die mij het meest zijn opgevallen en bijgebleven hier neer te schrijven maar wees voorbereid op een heel gelaagde werkelijkheid.

Om ons al eens een eerste indruk te geven van de verdeeldheid van het land, neemt Jeroen niet de “nummer 1” autosnelweg maar rijden we door Palestina. Wanneer we “binnenrijden” passeren we een checkpoint waar we relatief makkelijk kunnen passeren. We kunnen zien dat heel het gebied is afgezet door een gigantische muur, Palestijnen mogen op bepaalde wegen (zoals de grote expreswegen) niet rijden waardoor bepaalde gebieden (zoals bijvoorbeeld Bethlehem) volledig afgesloten geraken, meer hierover later). Het is direct een heel andere wereld. Wanneer we terug bij de Israëlisch-Palestijnse grens komen, is er wel een striktere controle want nu komen we terug Israël binnen. Jeroen rijdt express traag en houdt wat afstand zodat ze goed zijn diplomatieke nummerplaat kunnen zien. Soms helpt dit om sneller door te rijden maar soms ook niet. De mensen in legeruniform aan de grensposten zijn vaak jongeren die hun legerdienst aan het uitvoeren zijn. Elke jongere in Israël moet tussen 18 en 20 jaar een militaire opleiding volgen. Je ziet soms jongens of meisjes met een beugel en een groot machinegeweer … onwaarschijnlijk.


Het is rond half vijf als we aankomen aan het appartement van Jeroen, net als in Libanon is ook dit weer een heel mooi, ruim appartement. We herkennen veel meubels en kunst uit zijn appartement in Beirut. Sommige dingen, zoals de stoelen, bevatten nog sporen van de ontploffing in Beirut. Als je diep in de gleuven van zijn sofa voelt, kan je hier en daar ook nog kleine glasdeeltjes terugvinden. Onwaarschijnlijk wat dit moet geweest zijn, een hele stad verwoest, een hele stad onder het glas.


Jeroen opent een flesje bubbels en we starten onze week met een onwaarschijnlijke hoeveelheid aan -absoluut noodzakelijke- informatie. Veel te veel om te onthouden en te bevatten maar ik spreek met hem af dat ik gedurende de week de vrijheid zal nemen om regelmatig eens iets opnieuw te vragen.


Tegen 20u nemen we de auto en gaan we naar een restaurant voor ons eerste avondmaal. We nemen een heerlijke salade om te delen en kiezen dan voor een puree met halloumi en champignons, lekker maar wel wat veel. De Israëlische rode wijn maakt het af.







12 weergaven0 opmerkingen
bottom of page