top of page

Gorillas are so boring, lang leve de Colobus

  • Foto van schrijver: Inge Dubois
    Inge Dubois
  • 12 aug 2017
  • 4 minuten om te lezen

Zaterdag 12 augustus 2017

Heerlijk wakker worden met het mooie daglicht. We maken ons klaar en gaan ontbijten. Aan fruit en vitamientjes hier geen gebrek: de ananas is om vingers en duimen bij af te likken (weet je trouwens dat ananas in alle talen hetzelfde is behalve in het Engels?). We nemen afscheid van het toppersoneel en maken nog een praatje met onze favoriete kelner en zijn baas. Hij laat ons nog weten dat chimpansees véél leuker zijn dan gorilla’s (of course!). Als wij vragen waarom, geef hij ons een reden die we nog nooit gehoord hebben maar dit wel steek houdt: gorilla’s are boring!

We keren terug naar de auto’s om de tent op te vouwen. We zijn blij dat hij een uurtje heeft kunnen luchten! Naast ons staan twee Nederlandse meisjes met een jeep van dezelfde autoverhuurmaatschappij. We maken een praatje en krijgen een geweldige tip: vlakbij Port Portal kan je naar Lake Nkuruba Nature Reserve waar je de Colobus apen gewoon op de campsite hebt. Omdat de kinderen hun zinnen gezet hebben op het zwembad dat we in Kluger Guestfarm zullen kunnen gebruiken, beslissen we alvast gewoon even naar het natuurreservaat te gaan. We lezen in onze Brad-gids dat je er ook gewoon een dag kan doorbrengen. De weg ernaar toe leidt via Kasese (waar we tanken maar verder niet stoppen want niks te zien) over een heel goeie asfalt richting Fort Portal. Op een bepaald moment moeten we rechts af en komen we op een prachtige onverharde weg die slingert door de heuvels en ons -zoals overal in Oeganda- talrijke dorpen presenteert. In één van die dorpen houden we halt om wat fruit te kopen. We worden onmiddellijk aangesproken door een man die ons mee toornt naar zijn winkel. Hij spreekt relatief goed Engels dus is het op zich wel handig dat hij met ons mee wil. Bovendien voelt hij helemaal niet opdringerig aan. We kopen zeven gigantische avocado’s, 20 passievruchten, zeven tomaten, een grote ananas en twee trossen bananen voor 6 euro … De weg geeft ons uitzichten op de kratermeren rond Fort Portal. We kijken onze ogen uit ons hoofd. Man, man, man wat is het hier mooi. Het is ruim half één als we aankomen op de campsite: heel kleinschalig maar super sympathiek. Witse was de grootste fan van het zwembad maar zegt al na 5 minuten dat het beslist is: we zullen hier blijven slapen en niet naar Kluger’s guest farm rijden. Het zwembad kan ons gestolen worden. In ruil krijgen we een heerlijk paradijsje waar we al na een paar minuten apen zien. De zwart-witte en rode apen zijn geweldig om zien met hun gigantische pluimstaarten en witte baarden. We slapen onder een boom waar ze in zitten. Eentje komt op onze autospiegel zitten en doet een plasje … yeah right. Ze zijn wel niet agressief wat je soms bij bepaalde apen wel hebt. Het fototoestel maakt overuren.

De lunch bestaat uit anderhalve kilo zelfgemaakte guacamole met brood en een heerlijk glas Afrikaans shiraz en niet te vergeten: geweldige vrienden. Er zijn hier moeilijk woorden voor te vinden. Gewoon perfect. Terwijl ik dit verslag nu aan het schrijven ben, zitten er minstens zes zwart-witte Colobussen boven mijn hoofd in de boom … hilarisch.

Na het middageten gaan we een klein uurtje wandelen in de “jungle”. De diversiteit aan planten en struiken is niet te beschrijven. We moeten regelmatig takken wegduwen om door te kunnen. Mooie wandeling! Uiteindelijk komen we langs de andere kant terug op de campsite vanwaar we naar de lake wandelen. Het meer “zou” vrij zijn van parasieten staat in de reisgids en ook de locals beweren dat je safe kan zwemmen. Toch nemen we het risico niet. Een klein wondje in je huid kan voldoende zijn om een “vieze parasiet” in je lichaam te laten dringen. We zetten ons neer en genieten van de rust en stilte en de duizenden vogels. Een man van de campsite komt ook tot bij het meer om zo’n 10 vaten met water te vullen. Elk vat kan zo’n 20 liter bevatten. Toen we aan de grote zwarte regenton passeerden, had Nico al geopperd dat we eens allemaal zo’n vat naar boven zouden moeten dragen. We voegen de daad bij het woord. Respect voor wat die man dagelijks doet. Wij zijn al moe na één keer één vat, hij doet er dagelijks 50. Gewoon omdat ze geen pomp hebben en wij zouden kunnen douchen. Rond 16u zetten we onze stoeltjes uit, warmen we melk op en geniet iedereen van zijn nescafé. Geleidelijk aan komen de Colobussen onze kant op en zit de boom boven onze auto vol … mannetjes, vrouwtjes en kleintjes. Eén voor één gaan we douchen en het is niet alleen omdat we het water zelf omhoog gedragen hebben dat Koen deze douches de beste van West-Oeganda noemt. Op deze basic camping hebben we zowaar bijna-warm water. Zalig! De kinderen amuseren zich met het observeren van de apen en hun favoriete activiteit van de vakantie: met een zakmes stokken bewerken. Kato en Witse hebben de liefde voor het zakmes overgenomen van Fé. Koen en Nico slaan een praatje met een Brit die hier al een paar maanden woont en werkt (en ons ook vertelt dat de gorilla’s je nederig maken maar dat de chimps je blij maken) In tussentijd schrijf ik mijn dagboek. Om het met de woorden van Witse te zeggen: “kunnen we hier niet heel de vakantie blijven?" Of wat een volledig ongeplande dag kan betekenen voor je vakantie!

We eten ons avondeten op de campsite: Koen kiest fish & chips en heeft weer prijs (opnieuw een volledige vis op zijn bord), zelf eet ik groentencurry met zoete (witte) aardappel. Sophie kiest voor matoke, de puree op basis van kookbanaan. Het meest voorkomende gerecht in Oeganda. Dit is best wel te eten maar toch ook heel zwaar op de maag. We drinken onze dagelijkse halve liter Nile Special en krijgen nog de slappe lach bij het uittesten van de spraakfunctie in het Google toetsenbord. Ondertussen spelen de kinderen met Don, het kindje van de uitbaters van de camping. Aaibaarheidsfactor 1000. Een jongen van drie met een stralende glimlach, pretoogjes en een heel guitig kopje. Hij vindt het reuze interessant om met onze drie tieners te spelen en zij amuseren zich rot met hem. Als we aan Witse zeggen dat Don heel “cute” is, antwoordt hij heel nuchter: “maar dat is zoals een schildpad hé mama, … je neemt het klein in huis maar die worden groot!”. Zalig.


ความคิดเห็น


© 2023 by NOMAD ON THE ROAD. Proudly created with Wix.com

bottom of page